Persbericht: Ziekenhuis komt huiskamer binnen

Thuiszorgtechnologie biedt kansen voor gezondheidszorg van kwalitatief hoog niveau die aansluit bij de wens van patiënten. De toegankelijkheid en kwaliteit van deze vormen van zorg zijn echter nog onvoldoende. Dit komt door gebrekkige organisatie en afstemming, een complexe financieringsstructuur en een onduidelijke verantwoordelijkheidsverdeling. Het gebruik van geavanceerde thuiszorgtechnologie zal naar verwachting toenemen. Het is belangrijk dat zeggenschap en keuzevrijheid van patiënten en mantelzorgers daarbij gegarandeerd blijven. Ook moeten bestaande onduidelijkheden wat betreft de wettelijke aansprakelijkheid voor het omgaan met deze technologie worden opgeheven. Dat schrijft de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg in een signalement dat vandaag verschijnt in het CEG-rapport Signalering ethiek en gezondheid 2004.

Steeds meer vormen van medische technologie worden geschikt voor toepassing thuis. Patiënten kunnen thuis beademd worden, nierdialyse ondergaan of antibiotica krijgen via een infuuspomp. Dergelijke vormen van geavanceerde thuiszorgtechnologie hebben voor patiënten veel voordelen. Zij kunnen langer thuis blijven wonen, hoeven minder lang of minder vaak in een ziekenhuis te worden opgenomen en houden meer greep op hun eigen leven. De verplaatsing van ziekenhuiszorg naar ‘thuis’ brengt echter nogal wat veranderingen met zich mee, in de thuissituatie, maar ook in de organisatie van de zorg, de financiering en de technologie zelf. Een nieuwe ontwikkeling is verder dat steeds meer commerciële technische bedrijven zich op de markt van thuiszorgtechnologie begeven. Zij bieden behalve de apparatuur ook het onderhoud, patiëntenbegeleiding en 24-uurs bereikbaarheid aan en nemen daarmee een stuk patiëntenzorg over.

Al deze veranderingen kunnen tot nieuwe ethische vragen leiden. Al in de ontwerpfase van een nieuw apparaat moeten waarden worden afgewogen. Moet het apparaat makkelijk te bedienen zijn voor iedereen? Of juist extra beveiligd, zodat ondeskundigen geen fouten kunnen maken?

Behalve het apparaat zelf zijn ook randvoorwaarden en infrastructuur van belang voor het goed functioneren van thuiszorgtechnologie. De implementatie van nieuwe vormen van thuiszorgtechnologie verloopt niet altijd vlekkeloos. Gebrekkige organisatie en de complexiteit van het financieringssysteem belemmeren soms de toegang tot deze nieuwe zorgvormen. Per regio of verzekeraar kunnen de mogelijkheden die aan patiënten geboden worden bovendien sterk verschillen. De kwaliteit en veiligheid van nieuwe toepassingen zijn soms in het geding door beperkte deskundigheid en gebrekkige afstemming tussen betrokken partijen. De aansprakelijkheid voor het gebruik van medische technologie thuis, bijvoorbeeld door een mantelzorger, is niet duidelijk geregeld.
Het beroep dat op mantelzorgers en patiënten zelf wordt gedaan, kan erg hoog zijn, zowel emotioneel als fysiek. Het is daarom belangrijk dat zij inspraak en keuzevrijheid houden bij het gebruik van nieuwe technologie. Ook de privacy van patiënten is een aandachtspunt, gezien de opkomst van monitoring op afstand (bijvoorbeeld via webcams) en gezien de vele hulpverleners die soms over de vloer moeten komen om zorg thuis mogelijk te maken.

‘Geavanceerde thuiszorgtechnologie: morele vragen bij een nieuwe zorgpraktijk’ is één van de zeven signalementen in Signalering ethiek en gezondheid 2004. Dit rapport wordt jaarlijks uitgebracht door het Centrum voor Ethiek en Gezondheid (CEG). Het vormt de basis voor de Agenda ethiek en gezondheid die het ministerie van VWS op prinsjesdag met de Rijksbegroting aan de Tweede Kamer aanbiedt. De afzonderlijke signalementen zijn opgesteld onder verantwoordelijkheid van de Gezondheidsraad of de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg.