Economisering van zorg en beroepsethiek

In het debat over economisering wordt vaak gesteld dat de toenemende aandacht voor de economische kant van zorg artsen en andere zorgverleners voor morele dilemma’s plaatst bij de uitoefening van hun beroep. Dit signalement richt zich vooral op economisering in de betekenis van commercialisering van zorg en de veranderingen die dit in de organisatie van zorg teweeg brengt.

Aanleiding

Het steeds grotere accent op een economische aanpak van de gezondheidszorg wordt vaak aangeduid als `economisering`. Zorgverleners moeten in hun afwegingen bij behandelingen naast medische ook met economische afwegingen rekening houden.

Hoofdvraag

Wat betekent de economisering van de zorg voor de beroepsethiek van zorgverleners, in het bijzonder artsen in het ziekenhuis?

Ethische discussie

Onder invloed van economisering komen twee kernwaarden in de beroepsethiek onder druk te staan: het belang van `vertrouwen` en daarnaast het belang van een `professionele standaard`, met name van de kwaliteitsstandaarden.

Doelgroep

Overheid, politici, zorgverleners, zorginstanties (niet expliciet benoemd)

Aanbeveling

Nader onderzoek is nodig naar de positie en functie van beroepsethiek, waarbij ook naar andere beroepsgroepen (zoals verpleegkundigen) moet worden gekeken, en naar risico's van economisering waar beroepsethiek van zorgverleners onvoldoende in kan voorzien. Daarnaast zal de betekenis van economisering moeten worden uitgewerkt naar professionele standaarden. Tot slot moet in het onderwijs aandacht worden besteed aan de invloed van economisering op de beroepsethiek.